De grote boer krijgt vandaag hulp. Er komt een jongeman voor een snuffelstage, zodat deze  een weloverwogen keuze kan maken of hij later agrariër wil worden of niet.  De snuffelaar ziet een carrière in de stal wel zitten en dus komt hij goedgemutst en in een kreukloze, splinternieuwe overall het erf op gefietst. De grote boer is nog met de lunch bezig dus de knecht van vandaag schuift aan en keuvelt er lustig op los. De mannen stellen een planning op voor die middag en dan komt de grote boer in actie. “Zo, afruimen doe ik niet”, zegt hij stoer, “het werk roept”. De knecht zegt daar alle begrip voor te hebben omdat afruimen immers vrouwenwerk is. Ik ben sprakeloos maar
sluit mijn mond als ik zie dat de grote boer zijn bord keurig netjes in de vaatwasser zet. Dan  gaan ze naar de stal en het geklets van de kleine man is overal te volgen. Na wat noeste arbeid verricht te hebben komen ze weer op huus an voor een drankje en een hapje, het is immers erg warm en dan moet er goed gedronken worden.

Trots vertelt de snuffelaar dat hij een koe geaaid heeft en ik hoor de grote boer een beetje besmuikt lachen. De snuffelaar blijkt een grote held op sokken te zijn want koe 38 zachtjes met een stokje over de kop strijken terwijl je aan de andere kant van het voerhek staat,  is geen aaien.  Maar oké alle begin is moeilijk. Het droogzetten van een koe blijkt ook een ingewikkelde opdracht. Snuffelaar moet op een strategisch punt in de stal gaan staan om zo  de toegangsweg tot de melkrobot te blokkeren waardoor Bertha maar één kant op kan en dat is naar de afkalfstal. Maar dat gaat de snuffelaar toch iets te ver en hij wringt zich in allerlei bochten om onder deze opdracht uitte komen.  Hij beargumenteert zijn zienswijze linksom en rechtsom, de minister-president van ons land kan er nog wat van leren (zie ook Agroplaza by night)

Er wordt die middag ook nog wat gemaaid, gepraat, gerommeld in de schuur, gepraat, gedronken en gepraat. Althans,  de snuffelaar praat.  Zoveel verbale activiteit tijdens het werk  is de grote boer niet gewend, die hoort doorgaans hooguit een paar keer per dag Boe of Bah in de stal maar daar blijft het dan ook bij. De grote boer is meer van het type niet lullen maar poetsen. Maar als ook  Jan de Schilderman van de snuffelaar een uitgebreide reprimande krijgt over zijn eet-, drink- en rookgedrag concludeert de grote boer dat een carrière in de stal misschien niet helemaal is weggelegd voor deze kleine man.

Een functie als voorzitter van LTO, of minister van LNV is waarschijnlijk meer iets voor hem. Das praten op de vierkante
centimeter en dat kan hij  als de beste.