Terwijl heel Nederland al weken geleden uit zijn lijden verlost werd, is de grote boer nog steeds wanhopig op zoek naar een antwoord op de vraag Wie is de Mol?
Als ik vandaag, onder een heerlijk lentezonnetje mijn wasje aan de lijn hang, zie ik de grote boer rondrennen door de voortuin. Gewapend met witte stok (nee hij is nog niet blind maar een
leesbrilletje is geen overbodige luxe vandaag de dag) en één of ander moordwapen. “ Donderju, moppert de grote boer, ik krieg dat kreng echt wa. Het probleem is dat het begin van de gang in de sloot zit en doar kan ik niet bie komm’n. Tis om donders hellig van te worr’n”.
Nou nou, grote boer als je dat kreng echt wilt griep’n dan duik ie gangs de sloot in om dun ingang te zeuk’n. Een betke natte kleer’n möj dur wa voor over hebb’n. Fijntjes merk ik op dat dit toch wel een hele slimme mol moet zijn, die al wekenlang de voortuin omploegt tot een mijnenveld en zich, alle theorieën van de grote boer ten spijt, niet laat vangen.
Ik durf te wedden dat deze Mol een vrouw is.