Sloerig in de rakkert.

Koe is ziek of zoals ze hier in Twente zeggen, sloerig in de rakkert. Ze eet niet meer en kijkt echt zielig.  De grote boer heeft haar vertroeteld tot en met maar ze is ongevoelig voor zijn liefdevolle behandeling. Veearts moet er maar aan te pas
komen, misschien knapt ze op van twéé mannen aan haar ziekbed. Er wordt gebeld en veearts heeft al snel door wat er aan de hand is, een verplaatste lebmaag en die moet weer terug op z’n plek. Als veearts arriveert zijn er, naast de grote boer en ondergetekende, ook nog drie pubers in huis. “Die kan ik goed gebruiken”,  zegt veearts,” hup in de pölle, mobieltjes aan
de kant en handen uit de mouwen”. Zonder mokken trekken ze alle drie de laarzen aan en gaan achter veearts aan. De monden van de grote boer en mijzelf vallen open van verbazing. Een klein uur eerder hadden wij namelijk al een oeverloze
discussie over de hulp die ze even zouden moeten bieden tijdens het koeienspreekuur. “Dat ga ik écht niet doen”, zei de kleine boer. “iiiieekkkk”,  riep het kleine-boerinnen-vriendinnetje, “toch geen bloed hé ?” De kleine boerin was ook geenszins van plan om te assisteren, ze had wel wat beters te doen. Maar blijkbaar kunnen vreemde ogen dwingen want ze lopen zo mak als een lammetje achter veearts aan de schuur in. Veearts geeft ze alle drie een taak, niet al te moeilijk, want we willen niet dat ze vieze handen krijgen waarmee ze vervolgens weer op hun mobieltjes gaan zitten swipen.
Ook ik ontkom niet aan ondersteunende werkzaamheden. Terwijl koe onder lichte narcose verdwijnt moet ik naast haar gaan zitten en zorgen dat ze de kop niet optilt. Nou ben ik zelf niet echt een zwaargewicht dus mijn twee kleine handen gaan dat niet voor elkaar krijgen. En dus hang ik half over de koe heen en steken mijn twee, fonkelnieuwe roze laarzen, boven het stro uit. Ik hoor achter mij vreselijke geluiden van twee pubermeiden. “Jeetje mam, moet je nou kijken hoe je er bij ligt, dat ziet er toch niet uit “ zegt de kleine boerin vol afgrijzen. “Ik schaam me dood “ Haar vriendinnetje doet ook nog even een duit in het zakje en bevestigd de woorden van de kleine boerin hardop. Ook mijn roze laarzen worden door hen figuurlijk door het slijk gehaald.

Wraak. 

Ik krijg van de twee dames, die op veilige afstand achter het hek staan, ook nog het dringende verzoek dit tafereel vooral niet op Instagram te zetten want dan kan de kleine boerin niet meer met goed fatsoen naar school. Maar ik laat me niet opfokken
door die twee polderdiva’s en concentreer me op de koe en fluister zachtjes wat meditatieve teksten in haar enorme oor.         De kleine boer vertoont op momenten dat het er echt toe doet gelukkig geen irritant pubergedrag, het is gewoon een held.
Riep hij eerder nog dat hij dit allemaal niet wil zien en écht niet ging helpen, nu staat hij gewoon naast de koe in het stro en assisteert veearts waar hij maar kan. Moeiteloos zet hij zijn bedenkingen opzij  en doet gewoon wat hem gevraagd wordt terwijl er achter hem twee meiden onsmakelijke braakgeluiden produceren. Hij wordt er niet warm of koud van. Een dag later is de koe weer helemaal opgeknapt, mede dankzij de kleine boer en mijn rustgevende mantra’s.

Ik ben benieuwd hoe de twee diva’s, later als ze groot zijn, een bevalling gaan doorstaan. En wraakzuchtig als ik ben,  zal ik op het moment suprême ook roepen “Jeetje kleine boerin, moet je nou kijken hoe je er bij ligt “