Pony is een beetje van het rabat. Vreemd weitje, huis op wielen er naast, twee gillende en stuiterende keukenmeiden en een grote boer die hij niet kent. En tot overmaat van ramp pakken zich donkere wolken samen boven Agroplaza. Pony moet dan toch maar naar binnen.
Dan moet pony eerst een halster om zodat hij aan een touwtje naar zijn nachtverblijf kan worden geleid. Dat ponytje zal de grote boer wel eens even wassen maar pony is niet gek en laat zich niet vangen ook niet met een emmer vol lekkernijen.
De grote boer rent door de wei met daar achteraan twee paardenmeisjes gekleed in nachtjaponnetje en rijlaarzen en aan de zijlijn staan twee waakhonden te trappelen van ongeduld omdat zij óók mee willen spelen. Maar pony is niet voor één gat te vangen en dus verandert de grote boer zijn tactiek. Hij benadert pony kalm en beheerst in een soort van tijgersluipgang, totdat de neuzen elkaar bijna raken en dan neemt hij de benen. De pony dus.
Dan vraagt BFF enigszins verontrust aan de grote boer wat hij daar in zijn hand heeft. Is dat een lasso? Nee dat is een koeienhalster, daar heeft de grote boer meer ervaring mee en die past ook vast wel om pony’s hoofd. Hilariteit alom, de grote boer rent en vloekt, de paardenmeisjes rennen ook en roepen naar de grote boer dat hij pony niet bang moet maken, pony rent en bokt, koeien loeien, honden in de aanvalsmodus. De grote boer geeft het op, dit is een kansloze missie.
Hij besluit de deur naar het nachtverblijf open te zetten en de nooduitgangen te sluiten (dat mag niet grote boer, dat mag niet) en maakt de draad van de wei vast los. Opeens staat pony dus gewoon op het erf en gaat de vrijheid al galopperend tegemoet. Hoeveel kinderleed kunnen we hebben op Agroplaza? Is de logeerhamster ter nauwer nood ontsnapt aan de dood, dreigt nu logeerpony het hazenpad te kiezen.
Ik grijp een emmer met brokken en begin te schudden, schudden, schudden. Grote boer is inmiddels weer terug van weggeweest en samen met de paardenmeisjes lopen we al schuddend de schuur in. Pony volgt braaf de emmer, hup de afkalfstal in en hekje dicht. Zo simpel kan het zijn.