Het heeft lang geduurd en als Brabander weet ik als geen ander dat “goei werk tijd nodig hét” maar na 16 jaar is de kogel dan toch eindelijk echt door de kerk. Het heidegebied grenzend aan onze achtertuin is definitief aangewezen als Natura 2000 gebied.
In de afgelopen jaren zijn er al miljoenen gestopt in het “vernatten” van die hei en het lijkt er op dat het zijn vruchten afwerpt. Daar zijn wij ook blij mee, we hebben er een nog mooier stuk natuur voor terug gekregen. Wij van Agroplaza
zijn namelijk óók voor het behoud en eventuele uitbreiding van de natuur in Nederland. Maar niet tegen elke prijs en niet omwille van de grote maatschappelijke druk die door sommige organisaties wordt uitgeoefend op de publieke opinie.
Een bittere pil
Met die natte hei kunnen we leven, dat we daar de bedrijfsvoering enigszins op aan hebben moeten passen, geen
probleem. Maar dat de schil om de hei heen nu óók opgeofferd moet gaan worden aan de natuur is een bittere pil. Die schil bevat namelijk onze landbouwgrond, onze bron van inkomsten. Daar verbouwen we de mais en het gras voor de koeien, daar telen we de aardappeltjes die in heel Nederland op tafel komen. Heeft de oude boer in de zestiger jaren deze grond nog met blote handen ontgonnen en drooggelegd, nu moet de boel weer terug gegeven worden aan de natuur. Dat houdt letterlijk in dat ook deze gebieden kletsnat gemaakt moeten worden en met natte grond is het moeilijk, zo niet onmogelijk , om te boeren.
Nieuwe natuur.
Het teruggeven van landbouwgebieden aan de natuur is geen kwestie van maar lukraak laten groeien en bloeien. Dat al die “nieuwe “ natuur ook onderhouden en dus betaald moet worden, weten veel mensen niet. Ik zal dan ook maar niet
verklappen dat er menig belastingcentje aan gespendeerd zal worden, ik ben bang dat anders de Twitteraccounts van verschillende ministers en staatssecretarissen gaan ontploffen. Voor het onderhoud van die gebieden worden in sommige gevallen , zelfs boeren gevraagd die eerst hun bedrijf konden opdoeken ten gunste van Natura 2000. Dat is net zoiets
als slager A op te dragen zijn winkel te sluiten om vervolgens bij slager B de worst te gaan verkopen.
Wat de persoonlijk gevolgen voor ons zijn weten we nog niet precies, de volle omvang van dit besluit kunnen we nog niet overzien. Dat we ons bedrijf niet op de huidige manier kunnen blijven voortzetten is een feit.
Oplossingen.
Maar wat kunnen we dan wel ? De mogelijkheden zijn legio maar het maakt de keuze niet makkelijker, het is loslaten en opnieuw beginnen. Of niet. We gaan out-of-the-box denken, geen mogelijkheid is onbespreekbaar dus wie nog goede ideeën heeft mag zich melden.
- Stoppen met het hele bedrijf , verkopen en verhuizen. In de volksmond noemen we dat een onteigeningsprocedure, de grote boer moet dan wel nog even een andere dagbesteding gaan zoeken want niks doen en rentenieren is geen optie voor hem. Daarvoor is hij nog veel te jong.
- Stoppen met het melkveebedrijf en de bedrijfsgebouwen gebruiken voor andere doeleinden. Misschien storten
we ons dan wel op de kippen, eenzame ouderen of het grondverzet. - De boel verkopen en het terug pachten van de provincie maar ook dan moeten we andere bezigheden gaan zoeken om de dag door te komen.
- Het bedrijf verplaatsen. Dat kan door ergens anders een nieuw bedrijf te bouwen of een bestaand bedrijf over te nemen.
- De boel verkopen aan de provincie, lekker blijven zitten en niks doen.
- Achterover leunen en afwachten.
We zijn niet de enigen. Met ons zijn er nog vijf andere goedlopende bedrijven en dus gezinnen, die getroffen
worden door deze beslissing. Geen idee waar dit avontuur voor ons gaat eindigen, het kwartje moet nog vallen om heel eerlijk te zijn.
Wordt vervolgd.